Werkgevers willen dat er snel afspraken komen over thuiswerken na de zomer. Wat er ook gebeurt met corona, thuiswerken is een blijvertje, vaak in combinatie met kantoorwerkdagen. Waar moet u allemaal op letten? Cm: zet het op een rij. Thuiswerkvergoeding De thuiswerkvergoeding is lang een heet hangijzer geweest. Vergoedingen werden uitgekeerd vanuit de vrije ruimte binnen de WKR en er bestond geen gerichte vrijstelling voor de loonbelasting. Maar voor 2022 wordt de vrije ruimte niet alleen opnieuw verhoogd, ook komt er een gerichte fiscale vrijstelling voor een thuiswerkvergoeding. Hoe die er ongeveer uit gaat zien, wordt bekendgemaakt bij de presentatie van het Belastingplan 2022 op Prinsjesdag op 21 september 2021. Het aantal bedrijven dat een thuiswerkvergoeding biedt, is inmiddels fors gestegen. Ongeveer de helft van de werkgevers biedt nu zo’n vergoeding en die wordt vaak betaald vanuit de vrije ruimte. Die is momenteel 1,18 procent van de fiscale loonsom tot een maximum van vier ton. Dat betekent dat sommige ondernemers in de knel komen, bijvoorbeeld wanneer ze andere vergoedingen verstrekken (zie verderop in dit artikel). Boven de vrije ruimte wordt 80 procent belasting betaald. Schade en verzekeringen De spullen die een bedrijf beschikbaar stelt voor thuiswerk zijn in bruikleen. In principe is de werkgever daar verantwoordelijk voor. Dat betekent dat eventuele schade aan bijvoorbeeld laptop of smartphone voor rekening komt van het bedrijf. Ook als een werkgever geen apparatuur aanbiedt waardoor de arbeidskracht gedwongen is om eigen spullen te gebruiken, ligt de verantwoordelijkheid bij de werkgever. Het bedrijf draait dan op voor de kosten van schade. Maar als personeel er zelf voor kiest om bijvoorbeeld de eigen pc te gebruiken, terwijl het bedrijf apparatuur aanbiedt, dan is de werknemer in principe zelf verantwoordelijk. Een doorsnee inboedelverzekering dekt zulke schade aan privéapparatuur niet meer en als dat wel het geval is, geldt er vaak nog een eigen risico of maximale vergoeding. Ergonomische werkplek en arboregels Een werkgever is in principe verantwoordelijk voor de thuiswerkplek en eventueel aansprakelijk voor schade wanneer zo’n werkplek niet ergonomisch verantwoord is. Een werkgever moet ervoor zorgen dat de thuiswerkplek is ingericht volgens ergonomische principes, tenzij dit redelijkerwijs niet van de werkgever kan worden gevergd. De omstandigheden moeten dan echter wel heel uitzonderlijk zijn, bijvoorbeeld als het economisch onverantwoord zou zijn. Als een werknemer niet beschikt over de juiste spullen om de werkplek goed in te richten, bijvoorbeeld een in hoogte verstelbare stoel of een docking station voor de laptop, is een werkgever verplicht om hiervoor te zorgen. Eventueel kan de vergoeding daarvoor geregeld worden via het persoonlijk keuzebudget of WKR, waarbij brutoloon wordt ingeruild voor de benodigdheden voor de thuiswerkplek. Een bedrijf heeft een zorgplicht tegenover de werknemer en dient hem of haar te informeren over de risico’s van thuiswerk. Een werkgever die personeel geen beeldscherminstructie of uitleg over verantwoord thuiswerkgedrag gaf werd door het Hof van Amsterdam in 2008 aansprakelijk gesteld voor de arbeidsongeschiktheid van een werkneemster die rsi-klachten ontwikkelde. Op haar kantoor hing een poster over ergonomisch beeldschermwerk, maar dat achtte het hof onvoldoende. Een werkgever moet daarom personeel voorzien van begeleiding om een verantwoorde werkplek in te richten en instructie geven over preventieve maatregelen. Te denken valt aan het gebruik van software als Workrave, die regelmatige pauzes inlast om polsklachten te voorkomen, informatie verstrekken over de juiste zithoogte en houding voor de preventie van schouder- en rugklachten, of de juiste inregeling van verlichting en helderheid om oogklachten te voorkomen. Tips: Zorg voor goed omgevingslicht en kijk nooit tegen het licht in door bijvoorbeeld voor een raam te gaan zitten. De rug moet door de bureaustoel ondersteund worden. Zorg ervoor dat de bovenste lijst van uw monitor op ooghoogte staat. Het beeldscherm moet zich op ongeveer een armlengte afstand van de ogen bevinden. De bureaustoel moet in hoogte verstelbaar zijn en zet de armleuningen op dezelfde hoogte als het bureau. Sluit randapparatuur aan op de laptop (muis, toetsenbord, scherm) en gebruik een docking station. Sta regelmatig op; loop even door de keuken, loop tijdens het bellen, ga even op de bank zitten om een rapport te lezen en wandel tijdens de lunch. Doe geregeld een rek- en strekoefening. Stel een e-learning beschikbaar voor werknemers, zoals Werkplekchecker van Arbo-opleidingen Vergoeding werkplekken De thuiswerkplek is niet specifiek gefaciliteerd in de WKR, maar er zijn wel opties voor werkgevers om thuiswerkspullen belastingvrij te vergoeden. Daarbij komen financials bij verschillende regelingen terecht voor verschillende benodigdheden, waaronder verschillende voorzieningen binnen de WKR en de Arbowet. Voor de Arbo-verplichting geldt een fiscale vrijstelling waarmee die uitgaven dus in principe belastingvrij zijn. Een deel van de kosten kan verder worden vergoed met het benutten van de categorie noodzakelijke gereedschappen en ICT-middelen binnen de WKR. Daarbij draait het niet alleen om apparatuur die nodig is voor het uitvoeren van de dienstbetrekking, neem een laptop, scherm, toetsenbord en muis, maar ook voor vergoedingen die daar direct verband mee houden, neem een internetverbinding of kosten voor benodigde software. Ook kan de vrije ruimte worden benut. Vorig jaar werd deze verhoogd vanwege de coronacrisis, maar voor 2021 is hij weer verlaagd. Over het bedrag dat boven het maximum komt, betaalt een onderneming 80 procent belasting. Een ander idee is om de thuiswerkplek te vergoeden uit het keuzebudget van werknemers, vaak zo’n 16 tot 20 procent van het jaarsalaris. De vergoeding van de thuiswerkplek is mogelijk onbelast, maar met dergelijk gebruik van het keuzebudget wordt de thuiswerkplek ten laste van de werknemer gebracht en dat is mogelijk in strijd met de Arbowet. Lees hier meer over in deze uitleg van fiscalist Peter Hoogstraaten. Psychologische effecten thuiswerken Bedrijven moeten tevens toezien op de geestelijke effecten van thuiswerken, wat extra relevant is tijdens de coronacrisis. Een werkgever is verantwoordelijk voor een werknemer die niet goed in staat is om privéleven goed te scheiden van werk en daardoor klachten ontwikkelt. De grap momenteel is dat het in plaats van ‘working from home’ nu vaak ‘living at the office’ is geworden. Houd dit effect dan ook goed in de gaten en maak heldere afspraken over werktijden. Neem in uw overeenkomst bepalingen op over op welke momenten collega’s wel of geen contact met elkaar opnemen over het werk. De Arbowet vereist ook dat er voorlichting wordt gegeven over de risico’s voor psychosociale arbeidsbelasting en over de maatregelen die er op zijn gericht die belasting te voorkomen of te beperken. Ook hier biedt software hulp. Met een tool als MyAnalytics, standaardonderdeel van Office 365 met een Enterprise E5-licentie, kunnen werknemers een inschatting maken of ze genoeg rustmomenten hebben. Deze software van Microsoft beoordeelt bijvoorbeeld de activiteit buiten reguliere kantoortijden en de beschikbaarheid voor e-mails, vergaderingen en wat dies meer zij. Tips Maak afspraken over werktijden en vooral: op welke tijden niet wordt gewerkt. Laat personeel een tool als Microsoft MyAnalytics inzetten om te zien hoe het zit met afleiding en rust. ICT-beveiliging De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) raadt aan dat werknemers uitsluitend in een beveiligde omgeving werken. Veel organisaties bieden een zo’n omgeving aan via een leverancier als VMware of Citrix, of een cloudomgeving van bijvoorbeeld Microsoft. Ook raadt de AP aan om op te letten met gratis clouddiensten, omdat het niet altijd duidelijk is wat er met deze gegevens gebeurt. Voor veel (financiële) organisaties is vanwege compliance een gratis clouddienst sowieso geen optie. Omdat thuiswerk gemeengoed is geworden door de crisis, worden werknemers nu ook meer belaagd door gerichte phishingmails. Daarin doen criminelen zich voor als collega’s of (overheids)instanties, met een verwijzing naar een inlogportal die er net zo uitziet als de normale inlogomgeving. Maar werknemers voeren dan in werkelijkheid hun accountnaam en wachtwoord in op een portal van de aanvallers. Die kunnen vervolgens overal bij waar de werknemer toegang tot heeft. Meer dan ooit is het dus van belang om voorlichting te geven, phishingtests uit te voeren en aanvullende beveiligingsmaatregelen als multifactor-authenticatie te gebruiken, waarbij mensen een extra code invoeren die ze op hun mobiele apparaat ontvangen. Op die manier kan een aanvaller die de inloggegevens van een werknemer met succes heeft veroverd nog steeds niet inloggen. Zulke extra beveiliging, eenmaal ingeregeld door ICT, kunt u aan gebruikers leveren via een app als Authy, Google Authenticator, LastPass Authenticator of Microsoft Authenticator. Onder de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is een organisatie verplicht om adequate beveiliging te hebben om gegevens te beschermen. Vermijd authenticatie via sms, dat is omslachtiger voor werknemers; met een app als Authy kunnen ze bevestigen via hun eigen smartphone, die van het werk, een tablet, of wat dan ook. Met sms-verificatie zijn ze echter gebonden aan één toestel, wat kan betekenen dat ze niet meer kunnen inloggen op het moment dat dit toestel even niet beschikbaar is. Bovendien worden sms-bevestigingen inmiddels als zwakkere beveiliging bestempeld door beveiligingsstandaardenorganisaties omdat sms’jes onderschept kunnen worden. Zorg er ook voor dat werknemers verdachte e-mails altijd melden, door bijvoorbeeld een apart e-mailadres in het leven te roepen als “verdacht@[uw-organisatie].nl” waar ze eventuele phishingmails naar doorsturen. Onder de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is een organisatie verplicht om adequate beveiliging te gebruiken om gegevens te beschermen. Het is opzettelijk in het midden gelaten wat een passende beveiliging inhoudt, omdat ICT zich sneller ontwikkelt dan wetgeving kan bijhouden. De adequate beveiliging van vandaag is morgen hopeloos verouderd. Met de groei van telewerk en de aanvullende datastromen die de muren van een organisatie verlaten, is een middel als multifactor-authenticatie zeker geen overbodige luxe. Tips Zorg voor adequate gegevensbeveiliging en laat ICT rekening houden met voortschrijdende risico’s, zoals de toename van phishing. Overweeg voortvarende inzet van multifactor-authenticatie binnen de organisatie, maar maak dit wel laagdrempelig met een app als Authy. Vermijd gratis clouddiensten en gratis videochat-apps die niet door ICT zijn geëvalueerd. Train personeel in het herkennen van phishingmails en voer geregeld een phishingtest uit. Opstellen thuiswerkovereenkomst Dit alles kan een bedrijf opstellen in een thuiswerkovereenkomst, waarin de zorgplicht van de werkgever vast wordt omlijnd en heldere instructies worden meegegeven aan de thuiswerker. Daarin kan ook worden opgenomen dat de werkgever ofwel een jaarlijkse controle van de werkplek uitvoert, of dat de werknemer voor specifieke punten jaarlijks tekent dat de werkplek thuis voldoet. Want een werkgever is wettelijk verplicht om erop toe te zien dat een personeelslid de aanwijzingen opvolgt, maar kan tegelijkertijd tegen privacywetgeving aanlopen. Maak daarom heldere afspraken. Een thuiswerkovereenkomst is in principe niet veel anders dan een arbeidsovereenkomst, met vastgelegde bepalingen over werkzaamheden. Behalve specifieke afspraken over werktijden en een overeengekomen ergonomische instructie, staat er ook in beschreven welke apparatuur in bruikleen is, in welke situaties de werkgever (niet meer) verantwoordelijk is voor apparatuur, en eventueel welke monitoringssoftware wordt gebruikt en welke gebruiksgegevens daarbij worden geregistreerd. Ook de gegevensbeveiliging kan hierin worden meegenomen, bijvoorbeeld met de eis dat werknemers een VPN-verbinding gebruiken of verplicht worden tot het gebruik van multifactor-authenticatie. Tips Leg een thuiswerkovereenkomst vast. Maak daarin afspraken over de dekking bij schade aan bedrijfsapparatuur, bijvoorbeeld dat de werkgever altijd aansprakelijk is, tenzij een werknemer onzorgvuldig is. Zorg voor een (virtuele) omgeving waar gegevens adequaat zijn beveiligd. In het coronatijdperk met de vele phishingaanvallen, is multifactor-authenticatie geen overbodige luxe. Een werkgever is verantwoordelijk voor een ergonomisch verantwoorde werkplek. Geef een duidelijke instructie. Als werknemers de juiste spullen niet hebben, kunnen die aangeschaft worden via PKB of WKR. Leg werktijden vast en spreek af op welke momenten personeel elkaar met rust dient te laten, bijvoorbeeld in de weekenden of avonduren. Lever software voor rustpauzes en informeer gebruikers over beveiligingssoftware en eventuele monitoringsmiddelen, bijvoorbeeld om rust en focus af te dwingen, en welke gegevens van gebruikers worden gelogd. Thuiswerk en wetgeving In de regel geldt dat alles wat voor de kantooromgeving van toepassing is, ook geldt voor de thuiswerkomgeving. Er is een drietal wetten dat hierbij van belang is. Dat zijn de Arbeidstijdenwet (ATW), de Arbeidsomstandighedenwet en het Burgerlijk Wetboek. Burgerlijk Wetboek: In artikel 6 van titel 10 (7:658) staat dat een werkgever verplicht is werkomgevingen zodanig in te richten en aanwijzingen te verstrekken om te voorkomen dat een werknemer bij het uitoefenen van het werk schade ondervindt. De werkgever is aansprakelijk voor geleden schade, tenzij hij/zij aan de verplichtingen heeft voldaan of als de werknemer roekeloos is geweest. Arbowet: In de Arbowet wordt sinds 2012 gesproken van plaatsonafhankelijke arbeid als het gaat om thuiswerken. Van belang voor de meeste kantoren is dat hierin staat vermeld dat beeldschermwerk regelmatig wordt afgewisseld met ander werk. Als dat niet mogelijk is, zijn rusttijden vereist zodat de belasting wordt verminderd. In de regel gaat men uit van een maximum van zes uur beeldschermwerk op een werkdag van acht uur. Arbeidstijdenwet: Net als de Arbowet wordt hierin werktijd omschreven, inclusief de rechten op rust en pauze, alleen in meer detail. Normaal gesproken geschiedt controle van de werktijden op kantoor, maar bij thuiswerk is het belangrijker dat afspraken op papier staan en er specifieker wordt bepaald dat buiten de gestelde tijden de werknemer recht heeft op rust. En werknemer heeft in principe recht op 11 uur rust na de werkdag. Een recht op onbereikbaarheid is in een aantal Europese landen ingevoerd, maar in Nederland vinden werkgevers, werknemers en overheid vooralsnog dat het beter is om daarover individuele afspraken te maken in plaats van het afdwingen van zo’n beleid. Bron: https://cmweb.nl/2021/07/thuiswerken-regels-aandachtspunten/?utm_source=Vakmedianet_red&utm_medium=email&utm_campaign=20210803_nb_cmsignalen&tid=TIDP5164328X8F0C556D03A5448AA9606891D28169FEYI4&utm_content=Nieuwsbrief%202%20augustus%202021 Henk-Jan Buist
Het kabinet heeft als onderdeel van de nieuwe uitbreiding van het steun- en herstelpakket besloten om een aantal fiscale coronamaatregelen te verlengen. Om welke belastingmaatregelen voor ondernemers gaat het? De Belastingdienst heeft het op een rij gezet. Bijzonder uitstel van betaling Het kabinet heeft besloten de regeling voor bijzonder uitstel van betaling vanwege de coronacrisis te verlengen. Je kunt het bijzonder uitstel nog aanvragen of verlengen tot en met 30 juni 2021. Met bijzonder uitstel hoeven tot 1 juli 2021 verschillende belastingen nog niet te worden betaald. Van 1 oktober 2021 tot 1 oktober 2024 krijgen betrokkenen de tijd om de belastingschuld af te lossen die is opgebouwd tijdens het bijzonder uitstel. Al verlenging van het bijzonder uitstel aangevraagd en gekregen? Dan hoef je nu niets te doen en geldt het bijzonder uitstel automatisch tot 1 juli 2021. Eerder 3 maanden bijzonder uitstel gekregen, maar nog geen verlenging aangevraagd? Je kunt de fiscus tot en met 30 juni 2021 vragen uw bijzonder te uitstel verlengen. Dat gaat makkelijk en snel met een online formulier. Als je verlenging krijgt geldt het bijzonder uitstel tot 1 juli 2021. Nog geen bijzonder uitstel aangevraagd? Is je bedrijf door de coronacrisis in betalingsproblemen gekomen? Dan raadt de Belastingdienst aan om zo snel mogelijk bijzonder uitstel aan te vragen. Je doet dit binnen enkele minuten met een online formulier. Je krijgt dan 3 maanden uitstel van betaling. Is het na die 3 maanden nog steeds lastig om op tijd te betalen? Dan kun je verlenging van het bijzonder uitstel aanvragen. Ook dat kan met het online formulier. Krijg je ná 1 april 2021 voor de 1e keer bijzonder uitstel? Dan geldt het uitstel tot 1 juli 2021. Loonheffingen Verruiming vrije ruimte De vrije ruimte over het fiscale loon tot en met € 400.000 is in 2020 en 2021 verhoogd van 1,7% naar 3%. Over het bedrag van de loonsom boven € 400.000 blijft de vrije ruimte in 2020 1,2% en in 2021 1,18%. Verlaging gebruikelijk loon Voor aanmerkelijkbelanghouders geldt de gebruikelijkloonregeling (zie paragraaf 16.1 van het Handboek Loonheffingen). Heb je als gevolg van de coronacrisis te maken met een omzetdaling? Dan mag je, zonder de fiscus daarvoor om toestemming te vragen, voor de aangiften loonheffingen over 2021 en 2020 het gebruikelijk loon lager vaststellen. Voorwaarden voor verlaging van het gebruikelijk loon Wil je in 2021 en 2020 gebruikmaken van de verlaging, dan moet je wel aan de volgende voorwaarden voldoen: - De rekening-courantschuld of het dividend mag niet toenemen als gevolg van het lagere gebruikelijk loon. - Als de aanmerkelijkbelanghouder in werkelijkheid een hoger loon heeft gehad dan volgt uit deze berekening, dan geldt dat hogere loon. - Als de omzet in 2019, 2020 of 2021 is beïnvloed door bijzondere zaken, zoals een oprichting, staking, fusie, splitsing of bijzondere resultaten, dan pas je onderstaande berekening toe zonder die beïnvloeding. Extra voorwaarde in 2021 Wil je in 2021 gebruikmaken van de verlaging, dan moet je in 2021 ten opzichte van 2019 een bepaald omzetverlies hebben geleden. Hoe groot dit omzetverlies moet zijn, maakt de fiscus zo snel mogelijk bekend. Let op: de berekening is voor 2021 anders dan voor 2020. Versoepeling administratieve verplichtingen loonheffingen Door het voorgeschreven thuiswerken en het houden van 1,5 meter afstand kan in deze periode misschien niet worden voldaan aan alle administratieve verplichtingen voor de loonheffingen. In dat geval verbindt de fiscus daar nu geen consequenties aan. Je moet deze administratieve verplichtingen dan wel alsnog nakomen zodra dit weer kan. Deze maatregel geldt in ieder geval tot en met 30 juni 2021. Een voorbeeld: Het kan zijn dat je de identiteit van een werknemer nu niet kunt vaststellen aan de hand van een origineel identiteitsbewijs. Normaal gesproken moet je voor deze werknemer dan onder andere het anoniementarief van 52% toepassen. Dat hoef je in deze periode niet te doen als je de identiteit van de werknemers alsnog op de juiste manier vaststelt zodra de situatie het weer toelaat. Inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting Versoepeling urencriterium Door de coronacrisis kan in 2021 misschien niet worden voldaan aan het criterium en de daaruit voortvloeiende aftrekposten. Om dit risico te beperken, mag je er voor de aangifte inkomstenbelasting voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021 van uitgaan dat je in die periode ten minste 24 uur per week aan de onderneming hebt besteed. Ook als je dat niet werkelijk hebt gedaan. Ben je (deels) arbeidsongeschikt? Dan geldt voor de startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid een urencriterium van 800 uur per kalenderjaar. In dat geval mag je er voor de aangifte inkomstenbelasting van uitgaan dat je in die periode ten minste 16 uur per week aan de onderneming hebt besteed. Ben je een seizoengebonden ondernemer? En ligt de piek van de werkzaamheden normaal juist in de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021? Dan mag je ervan uitgaan dat je in 2021 in deze periode evenveel uren hebt gewerkt als in 2019. De uren over 2019 moet je wel aannemelijk kunnen maken. Btw Geen btw op coronavaccins en -testkits Vanaf 21 december 2020 tot en met 30 juni 2021 geldt een btw-tarief van 0% voor: - het leveren van coronavaccins - het inenten met deze vaccins - het leveren van coronatestkits - het testen met deze testkits Lever je deze goederen of diensten? En is er geen sprake van een btw-vrijstelling voor medische dienstverlening? Dan mag je het btw-tarief van 0% toepassen en de voorbelasting toch blijven aftrekken. Het kabinet wil het vaccineren tegen, en testen op corona zo goedkoop mogelijk maken. Daarom voert het tijdelijk dit btw-tarief van 0% in. Het moet gaan om vaccins die door het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) zijn goedgekeurd als coronavaccins. En om testkits die voldoen aan de LCI-richtlijn van het RIVM én aan de bijlage bij deze richtlijn. Uitlenen zorgpersoneel tijdelijk buiten de heffing van btw Door de coronacrisis wordt, meer dan normaal, zorgpersoneel in- en uitgeleend. Niet alleen door zorginstellingen, zorginrichtingen en zorgverleners, maar ook door andere bedrijven zoals uitzendbureaus. Het uitlenen van personeel is normaal gesproken een met btw belaste prestatie. In deze tijd vindt het kabinet het ongewenst dat de btw-regels voor de uitleen van personeel leiden tot extra administratieve lasten. Daarom neemt de fiscus een tijdelijke maatregel. Voor de periode van 16 maart 2020 tot en met 30 juni 2021 blijft de uitleen van zorgpersoneel buiten de heffing van btw. Met zorgpersoneel wordt personeel bedoeld dat wordt ingezet voor het verzorgen en verplegen van personen in zorginstellingen. Het gaat daarbij niet om de opleiding of achtergrond van de medewerker. Dit betekent dat ook het uitlenen van bijvoorbeeld horecapersoneel onder de tijdelijke goedkeuring kan vallen. Om gebruik te kunnen maken van deze maatregel gelden de volgende voorwaarden: - De inlener is een zorginstelling of zorginrichting die een in het Beleidsbesluit van 14 april 2020 genoemde btw-vrijstelling toepast. - De uitlener vermeldt op de factuur dat gebruik wordt gemaakt van deze goedkeuring en legt de gegevens die betrekking hebben op de toepassing van deze goedkeuring vast in de administratie. - De uitlener mag alleen de brutoloonkosten in rekening brengen aan de inlener, eventueel verhoogd met een administratieve kostenvergoeding van maximaal 5%. - Er mag met deze uitleen geen winst worden beoogd of gemaakt. Deze maatregel heeft géén invloed op de aftrek van voorbelasting van de uitlener. Ben je bijvoorbeeld een uitlener, lever je normaal gesproken prestaties die belast zijn voor de btw en kun je daardoor de inkoop-btw aftrekken? Dan kun je de inkoop-btw ook nu blijven aftrekken. Geen btw op mondkapjes Vanaf 25 mei 2020 tot en met 30 juni 2021 is over de levering van mondkapjes geen btw verschuldigd. Verkopers van mondkapjes kunnen de voorbelasting blijven aftrekken. De bedoeling van deze maatregel is dat de mondkapjes goedkoper worden voor de consument. Bron: https://www.accountancyvanmorgen.nl/2021/01/22/uitbreiding-steunpakket-welke-belastingmaatregelen-worden-verlengd/
Voor een aanmerkelijkbelanghouder (ab-houder) mag u het gebruikelijk loon voor 2020 dus achteraf bepalen. Dan is duidelijker wat de impact is van de coronacrisis op de bv. U hebt dan meer inzicht in het bepalen van de hoogte van het gebruikelijk jaarloon. Niet met terugwerkende kracht verlagen Loon dat de ab-houder al genoten heeft over verstreken perioden in 2020, kan niet teruggedraaid worden. De bv en ab-houder kunnen alleen over toekomstige maanden in 2020 het loon verlagen. Verlaging in aangiften loonheffingen Bij verlaging van het maandloon vermeldt u in de aangiften loonheffingen het loon dat de ab-houder heeft genoten, inclusief het eventuele loon in natura (bijvoorbeeld privégebruik auto). Uiterlijk aan het einde van het kalenderjaar of op het moment waarop de dienstbetrekking eindigt, bepaalt u wat het gebruikelijk loon voor het jaar 2020 is. Als de bv te weinig loon heeft betaald, moet de bv het verschil als loon aangeven en daarover loonheffingen berekenen. Verzoek om vooroverleg hoeft niet De bv en ab-houder mogen een tijdelijk lager loon overeenkomen. Daar is geen verzoek om instemming van of vooroverleg met de Belastingdienst voor nodig. U hoeft dus geen verzoek om vooroverleg in te dienen. Bron: Forum Fiscaal Dienstverleners
1. IP-rechten Staan alle intellectuele eigendomsrechten (auteursrechten, merkrechten, modelrechten, octrooien, domeinnamen etc) “veilig” in een holding of IP vennootschap, waar een curator niet bij kan? Sponsored 2. Schriftelijke licentieovereenkomst Heb je een schriftelijke licentieovereenkomst tussen de holding of IP vennootschap en de werkmaatschappij gesloten, waarin onder meer staat dat in geval van faillissement de licentieovereenkomst per direct komt te vervallen? 3. Betalingsonmacht Belastingdienst Heb je de betalingsonmacht tijdig gemeld aan de Belastingdienst, het UWV en het pensioenfonds? Voorkom bestuurdersaansprakelijkheid! Heb je deze site gecheckt? 4. Jaarrekening op tijd Is de jaarrekening tijdig gedeponeerd ex artikel 2:248 BW? Voorkom bestuurdersaansprakelijkheid! 5. Boekhouding op orde Is de boekhouding op orde waaruit de rechten plichten van de vennootschap blijken overeenkomstig artikel 2:9 BW)? Heb je de volgende stukken op orde: aandeelhoudersregister, aandeelhoudersovereenkomsten, arbeidsovereenkomsten, freelanceovereenkomsten, huurovereenkomsten, kredietovereenkomsten, leaseovereenkomsten, IT overeenkomsten, etc? 6. Verplichtingen Ga je geen verplichtingen aan waarvan je weet of moest weten dat de vennootschap ze niet kan nakomen? 7. Leningsovereenkomsten Heb je schriftelijke (intercompany) leningsovereenkomsten tussen de desbetreffende vennootschappen? 8. Aandeelhoudersovereenkomst Heb je een schriftelijke aandeelhoudersovereenkomst en managementovereenkomst? 9. Aansprakelijkheid holding Let je op bij een fiscale eenheid tussen je holding en werkmaatschappijen dat de holding aansprakelijk kan zijn voor niet betaalde belastingen van de werkmaatschappijen? 10. Privé-borgstelling Probeer je privé-borgstellingen zo veel mogelijk te vermijden? 11. Crediteuren-akkoord Kun je een eventueel een crediteuren-akkoord bereiken? Blijf in beweging De maatregelen die Nederland momenteel heeft genomen om het coronavirus te bestrijden, zullen naar verwachting nog lang nodig zijn. Ik snap dat dit leidt tot zorgen en onzekerheid. Blijf in ieder geval in beweging, wees creatief, kijk een paar stappen vooruit en wees voorbereid! Bron: www.sprout.nl
1. Instellen tijdelijke regeling tegemoetkoming loonkosten (ministerie van SZW) Een ondernemer die omzetverlies verwacht (minimaal 20%) kan bij het UWV voor een periode van drie maanden een tegemoetkoming in de loonkosten aanvragen (maximaal 90% van de loonsom, afhankelijk van het omzetverlies). UWV zal een voorschot verstrekken van 80% van de gevraagde tegemoetkoming. Hierdoor kunnen bedrijven hun personeel blijven doorbetalen. Voorwaarde is dat er geen personeel ontslagen mag worden om bedrijfseconomische redenen in de subsidieperiode. Deze Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW) wordt zo spoedig mogelijk opengesteld en is de vervanger van de huidige regeling werktijdverkorting. Hiervoor kunnen bij SZW per direct geen nieuwe aanvragen meer voor worden ingediend. Aanvragen die al zijn gedaan, maar nog niet afgehandeld, zullen worden afgehandeld in de nieuwe regeling. Ondernemers kunnen de tegemoetkoming aanvragen voor een omzetdaling vanaf 1 maart. 2. Extra ondersteuning zelfstandig ondernemers (ministerie van SZW en gemeenten) Het kabinet stelt een tijdelijke, versoepelde regeling in om zelfstandig ondernemers, waaronder zzp’ers, te ondersteunen zodat zij hun bedrijf kunnen voortzetten. De regeling wordt uitgevoerd door gemeenten. Zelfstandigen kunnen voor een periode van drie maanden, via een versnelde procedure, aanvullende inkomensondersteuning krijgen voor levensonderhoud. Deze vult het inkomen aan tot het sociaal minimum en hoeft niet worden terugbetaald. Er is in deze tijdelijke bijstandsregeling voor zelfstandig ondernemers geen sprake van een vermogens- of partnertoets. Ondersteuning volgens deze tijdelijke regeling is ook mogelijk in de vorm van een lening voor bedrijfskapitaal, tegen een verlaagd rentepercentage. 3. Versoepeling uitstel van betaling belasting en verlaging boetes (Belastingdienst) Getroffen ondernemers kunnen eenvoudiger uitstel van belasting aanvragen. De Belastingdienst stopt de invorderingen dan direct. Dit geldt voor de inkomsten-, vennootschaps-, loon- en omzetbelastingen (btw). Eventuele verzuimboetes voor het niet op tijd betalen, hoeven niet te worden betaald. Het is bovendien niet nodig meteen bewijsmateriaal mee te sturen. Daar krijgt de ondernemer langer de tijd voor. De invorderingsrente die normaal gesproken ingaat na het verstrijken van de betalingstermijn wordt tijdelijk verlaagd van 4% naar bijna 0%. Dit geldt voor alle belastingschulden. Ook het tarief van de belastingrente gaat tijdelijk naar bijna 0%. Deze verlaging zal gelden voor alle belastingen waarvoor belastingrente geldt. Het kabinet zal de belastingrente zo snel mogelijk aanpassen. 4. Verruiming regeling Garantie Ondernemersfinanciering (ministerie van EZK) Ondernemingen die problemen ondervinden bij het verkrijgen van bankleningen en bankgaranties kunnen gebruik maken van de Garantie Ondernemersfinanciering-regeling (GO). Het kabinet stelt voor het garantieplafond van de GO te verhogen van 400 miljoen naar 1,5 miljard euro. Met de GO helpt EZK zowel het MKB als grote ondernemingen door middel van een 50% garantie op bankleningen en bankgaranties, (minimaal 1,5 miljoen – maximaal 50 miljoen euro per onderneming). Het maximum per onderneming wordt tijdelijk verruimd naar 150 miljoen euro. Het Kabinet committeert zich om alle garantieruimte te verstrekken die nodig is. 5. Rentekorting kleine ondernemers op microkredieten Qredits (ministerie van EZK) Microkredietenverstrekker Qredits financiert en coacht een grote groep kleine en startende ondernemers, die via de bank vaak moeilijk aan financiering komen. Te denken valt aan ondernemers in de horeca, detailhandel, persoonlijke verzorging, de bouw en zakelijke dienstverlening. Qredits stelt een tijdelijke crisismaatregel open: voor kleine ondernemers die geraakt worden door de coronaproblematiek wordt uitstel van aflossing aangeboden voor de duur van zes maanden en de rente gedurende deze periode automatisch verlaagd naar 2%.. Het kabinet ondersteunt Qredits voor deze maatregel met maximaal 6 miljoen euro. 6. Tijdelijk borgstelling voor land- en tuinbouwbedrijven (ministerie van LNV) Voor de land- en tuinbouwbedrijven komt er een tijdelijke borgstelling voor werkkapitaal onder de regeling Borgstelling MKB-Landbouwkredieten (BL). Daarmee staat het kabinet borg voor de kredieten van agrarisch ondernemers. Het kabinet streeft ernaar om deze tijdelijke verruiming van de BL spoedig open te kunnen stellen. 7. Overleggen over toeristenbelasting (Rijk/gemeenten) en cultuursector Het kabinet gaat in overleg met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) over de mogelijkheid om (voorlopige) lokale aanslagen aan ondernemers stop te zetten en al opgelegde aanslagen aan bedrijven in te trekken. Het gaat hierbij in het bijzonder om de toeristenbelasting. Ook is het Rijk met de cultuursector in overleg om te kunnen aansluiten bij generieke maatregelen en eventuele verbijzondering indien dat nodig is. 8. Compensatieregeling getroffen sectoren (ministerie van EZK) De gezondheidsmaatregelen van het kabinet hebben enorme consequenties voor de inkomsten in een aantal sectoren in het bijzonder. Zoals bijvoorbeeld de (verplichte) sluiting van eet- en drinkgelegenheden en annuleringen in de reisbranche. Deze inkomsten kunnen bovendien moeilijk worden ingehaald wanneer het coronavirus achter de rug is. Het kabinet komt daarom met een compensatieregeling met passende maatregelen voor bedrijven in de genoemde sectoren. Deze wordt nu uitgewerkt en met spoed voorgelegd aan de Europese Commissie voor de beoordeling op (geoorloofde) staatssteun. Waar kunnen ondernemers terecht? Banken kunnen aanmeldingen voor de verruimde kredietregelingen (BMKB en GO) bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland doen, de uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Ondernemers melden zich hiervoor bij hun kredietverstrekker. Voor de belastingmaatregelen kunnen ondernemers terecht bij de Belastingdienst Zakelijk via Belastingdienst.nl/coronavirus . De regelingen van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid worden zo spoedig mogelijk opengesteld. Bron: Rijksoverheid.nl https://www.accountancyvanmorgen.nl/2020/03/17/coronavirus-kabinet-neemt-pakket-nieuwe-maatregelen/ https://www.rvo.nl/ https://www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/nl/home/content/coronavirus
Fiscale maatregelen Ondernemers die op papier hun problemen aantonen, hoeven voorlopig geen inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, omzetbelasting en loonbelasting af te dragen aan de fiscus. Het kabinet hoopt met deze nieuwe maatregelen de economische pijn voor ondernemers zoveel mogelijk te verzachten. BMKB Mkb’ers die in financiële problemen dreigen te komen, kunnen de overheid vragen garant te staan voor leningen. Deze borgstellingsregeling (BMKB-regeling) voor kredieten moet bedrijven helpen om tijdelijke liquiditeitstekorten te kunnen opvangen. Staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat hoopt dat deze maatregel binnen twee weken actief is. Werktijdverkorting Bedrijven die getroffen worden door de gevolgen van de uitbraak van het coronavirus en aan alle voorwaarden voldoen, kunnen in aanmerking komen voor de huidige regeling werktijdverkorting. Een van de voorwaarden is dat de malaise minimaal 2 en maximaal 24 voor werkuitval zorgt. Ook moet er voor minstens twintig procent van het personeel geen werk meer zijn. Zzp’ers die door de uitbraak van het coronavirus in de problemen komen, kunnen een beroep doen op het Bbz (Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004). Het Bbz wordt uitgevoerd door gemeenten. Gevolgen ‘Het is evident dat de uitbraak van het coronavirus impact zal hebben op de mondiale, Europese en Nederlandse economie’, schrijft Wiebes. ‘Ook in Nederland zijn de economische consequenties merkbaar. De precieze impact op de Nederlandse economie zal afhangen van de snelheid waarmee het coronavirus onder controle komt in binnen- en buitenland, hetgeen op dit moment niet met zekerheid te voorspellen is. Zeker is wel dat de Nederlandse economie er goed voorstaat en voldoende buffers heeft om de negatieve economische gevolgen van het virus op te vangen.’ Geen verregaande maatregelen Wiebes noemt de werkloosheid die historisch laag is en de aanwezigheid van financiële buffers bij overheid en bedrijfsleven. Ook is de weerbaarheid van de financiële sector de afgelopen tijd is versterkt. Mede hierom acht hij vergaande overheidsmaatregelen op economisch terrein vooralsnog niet nodig. Een overmatige beleidsreactie kan volgens Wiebes onnodige neveneffecten met zich meebrengen. Gematigde groei Het CPB vindt de economische impact van het coronavirus op dit moment moeilijk te voorspellen. In de zojuist gepubliceerde raming is aangenomen dat het virus snel onder controle komt. Maar is ook een scenario waarin het virus zich wijder verspreidt en langduriger impact heeft. Uitgaand van een beperkt effect van de verspreiding van het coronavirus groeit de Nederlandse economie in 2020 en 2021 gestaag door, met 1,4% in 2020 en 1,6% in 2021. ‘Meer faillissementen’ De Amsterdamse kredietverzekeraar Atradius voorspelt dat het aantal faillissementen wereldwijd met gemiddeld 2 procent zal stijgen als gevolg van het coronavirus. Voor Nederland verwacht Atradius in 2020 een toename van 3 procent, 2 procent meer dan haar eerdere prognose. Ook bedrijven in Azië zullen hard worden getroffen: het aantal faillissementen stijgt er met 4 procent. Lees hier de brief van Wiebes aan de Tweede Kamer. https://www.rijksoverheid.nl/regering/bewindspersonen/eric-wiebes/documenten/kamerstukken/2020/03/12/kamerbrief-over-economische-maatregelen-met-betrekking-tot-het-coronavirus Bron: https://www.accountancyvanmorgen.nl
Helaas verspreidt het Coronavirus (COVID19) zich steeds en worden de gevolgen steeds meeromvattend. Besmetting met het virus verloopt meestal als een verkoudheid. In sommige zwaardere gevallen kan het leiden tot longontsteking, sepsis, uitval van de nieren en kan de patiënt komen te overlijden. Dit betreft vooral oudere en/of zieke mensen. In Italië is een decreet uitgevaardigd voor het gehele land (60 miljoen inwoners). In Nederland geldt een aangescherpt advies voor Brabant en heeft minister-president Mark Rutte opgeroepen om te stoppen met handen geven. Een aantal bedrijven (waaronder het hoofdkantoor van Nike) is gesloten en andere bedrijven houden oefeningen met thuiswerken. Heeft uw kantoor al een protocol of maatregelen getroffen? Het is onverstandig om niets te doen in de hoop dat het snel overgaat. Allereerst is het goed om de werknemers voor te lichten over hygiëne maatregelen zoals: Regelmatig en zorgvuldig handen wassen gedurende minimaal 20 seconden en met voldoende zeep; Raak de slijmvliezen in het gezicht (mond, ogen en neus) niet met de vingers aan; Hoest en nies in de binnenkant van de elleboog; Gebruik zoveel mogelijk papieren tissues en gooi deze direct na eenmalig gebruik weg; Houdt minimaal een meter afstand van zieke mensen; Ventileer de werkruimten minstens 4 maal per dag gedurende minstens 10 minuten; Geef geen handen bij het begroeten of afscheid nemen. Eventuele zakenreizen naar regio’s die in het bijzonder zijn getroffen door het Coronavirus zoals op dit moment China, Iran, Zuid-Korea, Japan en Italië kunt u verbieden en laten vervangen door videoconferentie, Skype of telefoongesprek. Privéreizen kunt u weliswaar niet verbieden, wel kunt u deze stellig afraden naar risicogebieden en eisen dat de medewerker u per ommegaande informeert als hij/zij of een directe naaste terugkomt uit een risicogebied. U mag als werkgever niet vragen of uw medewerker besmet is met het Coronavirus als deze verkoudheidsklachten heeft. Dit mag ten gevolge van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) ook in basis niet geregistreerd worden als daarvoor geen goede reden of wettelijke grondslag voor is. Wel mag u als werkgever vragen of de werknemer in een risicogebied is geweest en op basis van deze informatie mag u de werknemer verplichten vanuit huis te werken. De werkgever mag niet de (hoofd)temperatuur van de medewerker meten. Wel mag de werkgever bij een vermoeden van besmetting de werknemer doorsturen naar de bedrijfsarts of arbodienst. De bedrijfsarts kan vervolgens beoordelen of er sprake is van een mogelijke besmetting. Als dat het geval is dan zal de bedrijfsarts met spoed contact opnemen met de regionale GGD. Verdere informatie treft u op de internetsite van GGD en RIVM. Bovenal een goede gezondheid gewenst. Bron: https://www.novak.nl
Het volledige overzicht van alle wijzigingen is HIER te vinden. Een overzicht van een aantal van de belangrijkste belastingwijzigingen: Twee belastingschijven Vanaf 2020 gaan belastingplichtigen met een inkomen tot en met € 68.507 over hun inkomen 37,35% belasting betalen, voor het inkomen daarboven is dit 49,50%. Ook worden de arbeidskorting en de algemene heffingskorting extra verhoogd. Iemand die € 25.000 per jaar verdient gaat er door deze veranderingen € 375 op vooruit in 2020. Bij een inkomen van € 45.000 per jaar is dit € 640, bij een inkomen van € 65.000 per jaar is dit € 680. Of iemand er op vooruit gaat of niet, hangt uiteindelijk ook af van veranderingen in zijn of haar persoonlijke situatie en van de ontwikkelingen van de economie. Eigen woning In 2020 wordt de hypotheekrenteaftrek geleidelijk verder afgebouwd als het inkomen meer is dan € 68.507. De aftrekbare kosten voor de eigen woning kunnen vanaf volgend jaar tegen maximaal 46% worden afgetrokken, dit is een verlaging van 3 procentpunt ten opzichte van 2019. Deze verlaging geldt ook voor andere aftrekposten als het inkomen meer is dan € 68.507. Voor woningen met een waarde tussen de € 75.000 en € 1.090.000 daalt het eigenwoningforfaitpercentage naar 0,60%. Voor iemand die in een huis met een WOZ-waarde van € 300.000 woont, daalt het forfait hierdoor van € 1950 (2019) naar € 1800 (2020). Sinds 1 januari 2019 wordt de aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld (zogenoemde “Hillen-regeling”) ieder jaar verder beperkt. Voor iemand die in een huis met een WOZ-waarde van € 300.000 woont en geen aftrekbare kosten heeft, daalt de aftrek hierdoor in 2020 met € 60. Zelfstandigenaftrek De zelfstandigenaftrek wordt de komende jaren stapsgewijs teruggebracht tot € 5.000. Per 1 januari 2020 wordt de zelfstandigenaftrek verlaagd van € 7280 naar € 7030. Hiermee wil het kabinet de fiscale verschillen tussen zelfstandigen en werknemers kleiner maken. Fiets van de zaak Vanaf 1 januari 2020 wordt de fiets van de zaak een stuk aantrekkelijker door een versimpeling van de fiscale fietsregeling voor woon-werkverkeer. De werknemer hoeft dan niet zelf een fiets te kopen. De werkgever betaalt de fiets en meestal ook de kosten voor onderhoud en reparatie. Wel krijgt de werknemer te maken met een bijtelling bij het salaris. Uiteindelijk betaalt de werknemer daardoor enkele euro’s per maand extra belasting. Auto Het kabinet blijft de komende jaren elektrisch autorijden stimuleren. De huidige belastingvoordelen, die in 2021 zouden aflopen, blijven de komende jaren grotendeels bestaan. Tot 2025 betalen kopers en eigenaren van elektrische auto’s bijvoorbeeld geen aanschafbelasting (bpm) en motorrijtuigenbelasting. Tegelijkertijd willen we overstimulering voorkomen. Daarom gaat de bijtelling voor zakelijke elektrische auto’s in 2020 van 4% naar 8%. Eigenaren van een oudere dieselauto betalen vanaf 1 januari 2020 een fijnstoftoeslag van 15% op de motorrijtuigenbelasting (wegenbelasting). Fijnstof, zoals roet, is slecht voor het klimaat en onze gezondheid. De overheid wil daarom het bezit en het gebruik van vervuilende auto’s minder aantrekkelijk maken. Voor een gemiddelde auto die op diesel rijdt en tussen de 1350 en 1450 kilo weegt, kost dat € 225 per jaar. Vergroening Wat vervuilender is voor het milieu wordt zwaarder belast: de belasting op aardgas gaat omhoog, die op elektriciteit omlaag. De belastingvermindering, een vast bedrag per energieaansluiting dat wordt afgetrokken van de energiebelasting, gaat omhoog. Voor huishoudens met een gemiddeld gebruik daalt het belastingdeel van de energierekening van huishoudens in 2020 met € 100. Verhoging tabaksaccijns Sigaretten, rooktabak en sigaren worden in 2020 twee keer duurder. Een pakje van 20 sigaretten wordt per 1 januari 14 cent duurder en per 1 april € 1. Een pakje shag van 40 gram wordt per 1 januari 35 cent duurder en per 1 april € 2,50 euro (voor alle bedragen geldt: inclusief accijns en btw). Bron: ministerie van Financiën en www.accountancyvanmorgen.nl
Aanmerkelijkbelanghouders die werkzaamheden verrichten voor de eigen bv moeten op grond van de hoofdregel van artikel 12a van de Wet op de loonbelasting 1964 (Wet LB 1964), een gebruikelijk loon ontvangen van het hoogste van één van de volgende bedragen: 1.75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking; 2.het hoogste loon van de werknemers die in dienst zijn van de bv of met de bv verbonden lichamen; 3.€ 45.000. Dat zal in de regel het bedrag van € 45.000 zijn. Maar dat loon kan op een lager bedrag worden gesteld in het geval dat lagere loon past bij het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Het gebruikelijk loon kan in dat geval worden vastgesteld op minimaal het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking (artikel 12a, lid 2, Wet LB 1964). Plan van aanpak Volg onderstaand stappenschema: 1.Beoordeel in de eerste plaats wat het loon per jaar zou zijn van een werknemer met de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Daarbij is zowel de omvang als de aard van de werkzaamheden van belang. Als gevolg van ziekte kan de functie wel eens een stuk lager zijn dan de functie die de ab-houder anders zou hebben. Tip: de bestuurshandelingen zelf zijn niet relevant voor de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Iemand die werkzaamheden vergelijkbaar met een officemanager doet en daarnaast wat bestuurshandelingen wordt dan ook vergeleken met een officemanager in loondienst. Informatie over de hoogte van normale lonen voor diverse functies kun je vinden op diverse websites zoals https://www.intermediair.nl en https://loonwijzer.nl/. 2.Bereken 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking (het bedrag onder 1). Noteer zowel de 100% als de 75%. 3.Beoordeel wat het salaris van de meest verdienende werknemer is van: •de bv; •vennootschappen die minstens 1/3 deel van het belang houden in de bv; en •vennootschappen waarin de bv ten minste 1/3 belang houdt. 4.Beoordeel vervolgens welk loon geldt. Dit bedraagt minimaal het hoogste van de volgende bedragen: •75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking (dit heb je berekend bij punt 2); •100% van het loon van de meest verdienende werknemer (dit heb je berekend bij punt 3); •€ 45.000. 5.Is aannemelijk te maken dat het loon dat bij punt 4 is vastgesteld, hoger is dan 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking? •Ja, ga dan verder naar punt 6. •Nee, dan moet het loon worden vastgesteld zoals beschreven bij punt 4. 6.Is 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking groter of gelijk aan € 45.000? •Ja, dan kan het loon (in afwijking van punt 4) worden vastgesteld op 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. •Nee, ga dan verder naar punt 7. 7.Is 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking (dit heb je berekend bij punt 2) kleiner of gelijk aan € 45.000? •Ja, dan kan het loon (in afwijking van punt 4) worden vastgesteld op 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. •Nee, dan bedraagt het loon € 45.000. Je hebt nu het bedrag dat in de uitgangspositie als gebruikelijk loon geldt. Werkt de aanmerkelijk belanghouder door zijn ziekte in deeltijd of maar gedurende een deel van het jaar? Dan mag je het berekende gebruikelijke loon pro rata beperken. Aandachtspunten •Zorg er altijd voor dat je kunt uitleggen hoeveel uren de aanmerkelijk belanghouder heeft gewerkt en waarom. Is er bijvoorbeeld een nieuw iemand aangenomen/ingehuurd om de hogere functie te vervullen? Is de omzet teruggelopen? Registreer dit dan en meld dit bij een overleg met de Belastingdienst. Voor wat betreft de arbeidsongeschiktheid is het handig om te zorgen voor medische stukken en een verklaring van artsen over de mogelijkheden om te kunnen werken. Zo voorkom je dat de Belastingdienst en/of de rechter uitgaan van onjuiste feiten en veronderstellingen. Het is verstandig om het vastgestelde gebruikelijk loon met een toelichting ter goedkeuring voor te leggen aan de Belastingdienst, zeker als je klant een gebruikelijk loon wil hanteren onder de € 45.000. Je klant heeft dan zekerheid en voorkomt zo het risico van extra loonheffingen, boete en rente achteraf. •De bewijsplicht voor een lager gebruikelijk loon ligt bij de bv. Dat maakt de positie van je klant een lastige ten opzichte van de positie van de Belastingdienst. •Overigens mag het loon van de aanmerkelijk belanghouder hoger zijn dan het met de Belastingdienst afgesproken gebruikelijk loon. Let er wel op dat als het loon lager is dan het afgesproken gebruikelijk loon, een groot risico bestaat dat de Belastingdienst het bedrag te laag vindt en corrigeert. In het geval het loon hoger is dan het afgesproken gebruikelijk loon, houd er dan rekening mee dat een hoger loon dan het afgesproken lagere bedrag wel een indicatie is dat de bv het hogere bedrag meer gebruikelijk vindt. Ook is een hoger loon niet altijd wenselijk. De bv moet dan immers hogere (loon)kosten maken en kan het geld niet anders besteden. Anderzijds betaalt de dga meer loonbelasting en premies volksverzekeringen dan nodig. Ga dus na of het mogelijk is het gebruikelijk loon lager vast te stellen. Wanneer het gebruikelijk loon wordt vastgesteld op een bedrag niet hoger dan € 5.000 per jaar (artikel 12a, lid 6, van de Wet LB 1964) kan de bv ervoor kiezen dit loon helemaal niet uit te betalen. Er hoeft dan ook geen loonadministratie te worden gevoerd voor dit loon. Betaalt de bv dit loon wel uit? Dan is de bv ook verplicht een loonadministratie te voeren en loonheffingen te berekenen en in te houden. Houd er daarbij wel rekening mee dat een bedrag van € 5.000 of minder, alleen kans van slagen heeft wanneer je aannemelijk kunt maken dat er nauwelijks sprake is van werkzaamheden binnen de bv. Bijvoorbeeld omdat een bv niet of nauwelijks actief is. In de uitspraak van Rechtbank Noord-Nederland van 15 maart 2018, AWB 16/2267, ECLI:NL:RBNNE:2018:889 was bijvoorbeeld sprake van een bv die zich (beperkt) bezighield met verkoop en verhuur van onroerende zaken. De rechter oordeelde hier dat er altijd wel sprake is van enige werkzaamheden zoals het (laten) voeren van administratie, deponering van jaarstukken, aangiften en operationele bedrijfsbeslissingen. Is dat in uw situatie anders? Leg dan goed uit waarom de werkzaamheden minimaal zijn of maar heel weinig tijd kostten. Tot zover het stappenplan. Ga voor meer informatie over het gebruikelijk loon naar het dossier van Avanzer over dit onderwerp. Lees ook het fiscale thema Gebruikelijk loon en een themavideo over dit onderwerp op TaxVisions. Bron: Avanzer Bron: https://www.taxlive.nl/nl/documenten/nieuws/stappenplan-bepaling-gebruikelijk-loon/?utm_medium=email&utm_source=WKNL_taxlive_Monday_verzie_EM&utm_campaign=WKNL_Taxlive_Maandag_Prodflow%208AM%2FNLTAA-18-OUT-4987
Meer handhaven bij opdrachtgevers betekent dat de Belastingdienst correctieverplichtingen en naheffingsaanslagen kan opleggen, eventueel met een boete. Voor de Belastingdienst gaat handhaven, voert de fiscus altijd toezicht uit. Dit kan bijvoorbeeld bestaan uit een bedrijfsbezoek of boekenonderzoek. De Belastingdienst handhaaft alleen als de fiscus de opdrachtgever als kwaadwillend ziet of als de opdrachtgever de door de fiscus gegeven aanwijzingen niet opvolgt. Kwaadwillend Een opdrachtgever is kwaadwillend als deze ‘ opzettelijk een situatie van evidente schijnzelfstandigheid laat ontstaan of voortbestaan omdat hij weet – of had kunnen weten – dat er feitelijk sprake is van een dienstbetrekking ‘. De Belastingdienst kan de opdrachtgever dan correctieverplichtingen of naheffingsaanslagen opleggen. De fiscus moet dan bewijzen dat sprake is van drie zaken: (fictieve) dienstbetrekking evidente schijnzelfstandigheid opzettelijke schijnzelfstandigheid Deze zaken zorgen meestal voor een oneigenlijk voordeel of tasten het speelveld op een oneerlijke manier aan. De Belastingdienst houdt toezicht door controles uit te voeren (meestal controles loonheffingen). Als de fiscus de opdrachtgever als kwaadwillend beschouwt, kan de fiscus ook voor 1 januari 2020 al handhaven. Aanwijzingen Als bij een controle blijkt dat sprake is van een (fictieve) dienstbetrekking, maar het niet gaat om kwaadwillendheid, dan handhaaft de Belastingdienst nog niet, maar geeft de dienst wel aanwijzingen. De opdrachtgever moet dan met de aanwijzingen aan de slag gaan om: de arbeidsrelatie zo vorm te geven dat er sprake is van werken buiten dienstbetrekking, of de arbeidsrelatie als dienstbetrekking te verwerken in de aangifte Hiervoor krijgt de opdrachtgever meestal drie maanden de tijd. Als de fiscus na die termijn vaststelt dat de opdrachtgever de aanwijzingen niet of niet voldoende hebt opgevolgd en het betreft nog steeds een (fictieve) dienstbetrekking, dan kan de fiscus handhaven. Vervanging Wet DBA Is geen sprake van een van deze twee situaties, dan wordt de handhaving uitgesteld tot 1 januari 2021. Het kabinet wil op deze datum nieuwe wet- en regelgeving invoeren die de Wet Deregulering beoordeling arbeidsrelaties vervangt. Let dus op, de Belastingdienst start in oktober 2019 al met het verscherpte toezicht. Vanaf 1 oktober kan de fiscus al aanwijzingen geven. Als de opdrachtgever die aanwijzingen niet opvolgt, kan de Belastingdienst vanaf 1 januari 2020 handhaven. Aanscherping handhaving Wet DBA per 2020 Bron: https://www.accountancyvanmorgen.nl/2019/10/04/belastingdienst-start-verscherpt-toezicht-wet-dba/